Werking schatkistbankieren: zero-balancing

Schatkistbankieren is gebaseerd op het principe van zero-balancing. Hieronder wordt uitgelegd wat dit betekent voor decentrale overheden.

Schatkistbankieren is gebaseerd op het principe van zero-balancing. Zero-balancing betekent dat het saldo op een bankrekening aan het einde van de dag wordt afgeroomd of juist aangevuld tot nul. In de praktijk betekent dit dat een (nieuwe) bankrekening van de decentrale overheid gekoppeld wordt aan de schatkist. Als het saldo dat aan het einde van de dag op die rekening staat positief is, wordt dat saldo afgeroomd naar de rekening-courant van de decentrale overheid bij de schatkist. Andersom wordt een roodstand op de (nieuwe) bankrekening ’s avonds aangevuld vanuit de rekening-courant bij de schatkist.

Uitgangspunt is dat decentrale overheden hun betalingsverkeer via de reguliere huisbank(en) blijven uitvoeren. Om de koppeling aan de schatkist mogelijk te maken opent elke decentrale overheid een nieuwe bankrekening. Deze nieuwe bankrekening moet losstaan van de bestaande reguliere bankrekening(en). De nieuwe losse bankrekening mag dus geen onderdeel uitmaken van bijvoorbeeld een stelsel van rente- of saldocompensatie. Als een decentrale overheid bankiert bij meerdere banken, dan mag een decentrale overheid er voor kiezen om bij één, bij meerdere of bij alle huisanken een nieuwe bankrekening te openen.

De nieuwe, losstaande bankrekening van een decentrale overheid wordt door de decentrale overheid uitsluitend gebruikt om middelen van en naar de schatkist over te boeken. Dit doet de decentrale overheid door geld op te nemen van, of over te boeken naar de nieuwe rekening. Wanneer een decentrale overheid geen overtollige middelen heeft of wanneer de overtollige middelen onder het drempelbedrag blijven, zijn er dus geen overboekingen naar de nieuwe bankrekening nodig.

Het Agentschap koppelt de nieuwe bankrekening aan de rekening-courant van de decentrale overheid bij de schatkist. Door die koppeling wordt een positief saldo op de nieuwe bankrekening aan het einde van de dag afgeroomd ten gunste van de rekening-courant bij de schatkist of wordt een negatief saldo aangevuld ten laste van die rekening-courant. De afroming en aanzuivering van de nieuwe bankrekening (zero-balancing) verlopen volledig geautomatiseerd en steeds aan het einde van iedere werkdag.

Wanneer een decentrale overheid op een dag meer ontvangsten heeft dan betalingen en de stand van de liquide middelen hierdoor boven het drempelbedrag uitkomt, dient de decentrale overheid er zelf voor te zorgen dat het verschil bij voorkeur uiterlijk om 15.30 uur op de nieuwe bankrekening is gestort.

Wanneer een decentrale overheid op een dag meer betalingen heeft dan ontvangsten en daardoor de omvang van de liquide middelen afneemt, moet de decentrale overheid het verschil bij voorkeur uiterlijk om 15.30 uur hebben opgenomen van de nieuwe bankrekening (mits het saldo bij de schatkist voldoende is). Dat doet de decentrale overheid door de nieuwe bankrekening om uiterlijk 15.30 uur te debiteren ten gunste van een reguliere betaalrekening.

Belangrijk is dat de decentrale overheid bij overboekingen rekening houdt met de verwerkingstijden van betalingsopdrachten zoals de bank die hanteert. Deze verwerkingstijden kunnen per bank verschillen en kunnen variëren al naar gelang er sprake is van transacties tussen rekeningen binnen één bank of het transacties betreft tussen verschillende banken.

In totaal zijn er voor een decentrale overheid vier situaties denkbaar voor de vraag of er van of naar de schatkist moet worden overgeboekt. Getallenvoorbeelden van die situaties vindt u hier. Een uitleg over het drempelbedrag vindt u hier.